Ik praat en praat en praat omdat hij rustig van mijn stem wordt. Terwijl ik douche en hij in de wipstoel zit, maar dat detail kan weggelaten worden. Het gaat om zijn eerste filosofieles die er zomaar uitfloepte.
Alexander is een molletje die voor zijn verjaardag een tablet krijgt, vertel ik Dorian. Hij is er heel blij mee en laat hem niet meer los. Niet tijdens het eten, Alexander! Niet in bad, niet in bed, jammeren papa en mama mol! Maar Alexander weet van geen ophouden. Mogen wij ook met de tablet, vragen zijn vriendjes? Nee het is mijn tablet! Aldus, Alexander de mol. Een creatie van Aurélia Higuet, een pas afgestudeerde kinderboekenschrijver woonachtig in België. Dat heb ik net opgezocht en vertelde ik dus niet aan Dorian.
De rest van het verhaal over Alexander de mol kabbelt wat plotloos voort net zoals dit relaas tot nu toe. Ik houd ervan dat een boek de flow van het leven imiteert, en dan ook nog eens een kinderboek (!), maar dat terzijde, lief kindje. Er is een kolonie mieren, een bos, en dan een moraal. Samenspelen is leuker dan alleen met de tablet. De laatste scène toont Alexander rolschaatsend met zijn dierenvriendjes.

Goed, nu zie je, vervolg ik aan Dorian, een mogelijk voorbeeld van hoe een object menselijke genegenheid kan vervangen (Voor de oplettende lezer: ik stel voor het gemak de dieren in het boek van Higuet gelijk aan mensen). De tablet neemt de plek in van het samenzijn met de vriendjes. Of beter gesteld: is de tablet overtuigend als vervanger voor menselijke genegenheid? We zijn aan het filosoferen. Er mogen vragen gesteld worden. Oké laten we er direct een morele twist aan geven, dan beland je bij de ethiek. Stel dat het mogelijk is voor een object om menselijke genegenheid succesvol te imiteren, is dat dan iets slechts? Zouden we ons ervan af moeten wenden?
Laten we naar een casus kijken waar jij als baby feeling mee hebt: de fopspeen. Dat werkt altijd goed, iets op de leefwereld van je publiek toepassen. Het zou kunnen dat een fopspeen ervoor zorgt dat je rustig bent zonder dat ik deze relazen hoef af te steken. De koude plastic speen vervangt zo mijn warme gemoedelijke stem, die maar doorgaat en doorgaat. Hebben we het over een succesvolle imitatie van menselijke genegenheid als je er op dezelfde manier rustig van wordt? Is dit wenselijk? Voor mij? Voor jou?
Freud en Lacan, twee psychoanalytici, hielden er verschillende ideeën op na als het gaat om de zuigbehoefte van een baby. Freud stelt dat de baby zijn of haar moeder vindt in het zuigen aan allerlei objecten. De speen is een vervangmoeder. Lacan stelt juist dat de zuigbehoefte iets is dat als onbedoeld bijeffect ontstaat. De moeder is ineens niet alleen moeder, maar ook een ding zoals een speen. Freud ziet hier dus, simpel gesteld, de mens in de dingen, terwijl Lacan het ding in de mens ontwaart. Dit heb ik trouwens uit een college van Paul Moyaert. Ooit had ik de eer in Leuven zijn lessen bij te wonen. Ze hadden geen vast eindpunt. De vragen van de studenten konden overal toe leiden. Filosofie op zijn best.
Goed, we dwalen af. Terug naar de fopspeen. Het punt is dus dat je wellicht iets van mij, jouw mama, in de fopspeen kunt vinden dat je rustig maakt. Het maakt mij op dat moment even overbodig. Ik kan iets anders gaan doen. Zie daar het grote voordeel voor mij.
Jij, daarentegen, loopt dan wel andere manieren mis waarop ik je gerust zou stellen: de woordenstroom, knuffelen, of wandelen bijvoorbeeld. Los van dat deze dingen je net als de speen rustig zullen maken, doen ze ook allerlei andere dingen: je raakt vertrouwd met mijn stem, ervaart geborgenheid en geraakt in de frisse buitenlucht. Die dingen ontbreken bij het speentje. Zie hier de nadelen.
Nu laat ik nog een ding achterwege waar we het over moeten hebben en dat is het pinkje. Als mijn woordenstroom op is, als ik klaar ben met het tillen en niet meer de deur uit wil is daar het pinkje. Je wordt er in een klap rustig van. Een menselijke speen. Ik zit hier dit verhaal met een hand te typen, terwijl jij rustig ligt te worden van het pinkje. Het moge duidelijk zijn dat ik niet meer onder de douche sta, hoe typ je anders een verhaal uit? Er zijn grenzen aan multitasking. Goed, details.
Laat ik tot een eindoordeel komen, lieve Dorian. We zijn wat filosofische afwegingen bij langs gegaan en hakken nu de knoop door. Praktische wijsheid noemt men dat. Het lijkt me niet wenselijk dat je allerlei vormen van menselijke genegenheid misloopt door de toepassing van een ding zoals de fopspeen. Tegelijkertijd haal ik weinig voldoening uit het gereduceerd worden tot een ding. Het enige wat jij nu wilt is mijn pink. Dat jouw moeder daaraan vastzit lijkt je weinig te interesseren.
Laten we dus overgaan tot de aanschaf van de fopspeen, maar hem gecontroleerd toepassen. Alexander mag van zijn mollenouders, wanneer hij uitgeput thuiskomt na het rolschaatsen, vast ook weer even op de tablet.