Het is een basale functie van portretkunst: vastleggen. De schilder bevriest een moment van een mensenleven. Iemand is voor eeuwig kind, bruidegom of bejaard. Ook als de geportretteerde er niet meer is, kan het beeld voortleven. Het reist naar chique interieurs, verblijft een tijdje in een donker depot of verschijnt het met speciaal afgestelde belichting in een museumzaal, klaar voor de ontmoeting met een hedendaags publiek.
Dit is de setting van de tentoonstelling ‘Vergeet me niet’ in het Rijksmuseum. Meer dan honderd portretten, rond het jaar 1500 geschilderd, staan daar zij aan zij opgesteld om door ons bekeken te worden.
De alomtegenwoordigheid van beelden heeft ons blind gemaakt voor het spectaculaire aan dit ‘vastleggen’: dat we kunnen zien wat door tijd of door afstand anders ver buiten ons zicht had gelegen. Toen mijn zoontje in Madrid midden in de pandemie werd geboren stuurde ik mijn ouders bijna dagelijks foto’s en filmpjes zodat ze de eerste levensfase van hun kleinzoon konden meemaken vanuit hun woonplaats op Curaçao. Terwijl ik de filmpjes maakte voelde ik hen meegenieten en zo waren ze toch op een bepaalde manier aanwezig. Met de huidige foto-stream van applicaties als WhatsApp, lijken beelden de snelheid van het leven zelf te kunnen evenaren. Dit valt direct op in de tentoonstelling. Deze beelden zetten de tijd juist stil.
De meeste gezichten die ik zie zijn vreemd voor mij. Zo is er Groningse Beetke van Rasquert, een vrouwelijke bestuurder die zich frontaal liet portretteren met haar hondje en de bijbel, een veelbelovende ‘jonge scholier’ die trots de versgeschreven frase toont ‘Wie is rijk? Die niets begeert. Wie is arm? De hebzuchtige vrek’ en de Afrikaanse man die Christophe Le More zou kunnen zijn, een lijfwacht van Karel V, maar ook net zo goed iemand anders. Hij is in elk geval onsterfelijk geworden als de enige zwarte man van wie een een autonoom geschilderd portret is gemaakt in de late middeleeuwen.

Een Afrikaanse man

Eleonora van Castilië

Beetke van Rasquert
Er zijn ook bekende gezichten. Zo is er het chagrijnige jonge bruidspaar, dat plagerig door cupido bij elkaar wordt gehouden van Lorenzo Lotto, de schakende zussen van Sofonisba Anguissola of Holbein’s portret van een Zuid-Duitse vrouw. Ik zag ze eerder in het Museo del Prado of het Mauritshuis. Het is een vreemde gewaarwording een soort verwantschap te voelen met de schilderijen. Alsof ze zelf levend zijn. We hebben dezelfde reis afgelegd. Een kort knikje van herkenning, hier ben je weer.
Uit de eeuwenoude portretten spreekt ook de dood. Niet alleen door de vele verwijzingen naar de vergankelijkheid van het bestaan in bloemen, schedels, of troonopvolgers die als jonge kindjes al naast hun vaders klaarstaan, maar ook omdat de afbeeldingen zelf dat impliceren. Het stilzetten van de tijd leidt noodzakelijkerwijs ook tot het stilstaan bij het verstrijken van de tijd. Het vergankelijke is vereeuwigd, maar daar spreekt ook het eeuwige vergankelijke uit.
Het maakt ook dat er een zekere kwetsbaarheid uit de beelden spreekt. Dit geldt zeker voor Eleonora van Castilië, geschilderd door Joos van Cleve, over wiens blote hals de sporen van de tijd in sierlijke craquelé lopen. ‘Ze lijkt op Scarlett Johansson’, merkt een vrouw naast mij op. Haar subtiel vervaagde ronde gezicht vertoond inderdaad overeenkomsten met de actrice. De associatie is interessant, juist ook omdat de actrice in de film Girl with the Pearl Earring, het meesterwerk van Vermeer tot leven brengt als het meisje met de parel. Toch is de ervaring van het zien van Scarlett Johansson in de snelle stroom van celebrity pictures of op bewegend beeld radicaal anders dan het kijken naar dit schilderij. De bombastische fijn uitgewerkte details maken dat je ogen langzaam over het doek glijden en blijven haken in de gelaagdheid van de verf. Hier is de beweging niet met de tijd mee, maar tegen de tijd in.
In de laatste zaal kom ik echte oude bekenden tegen. Andere bezoekers. Hun gezichten iets veranderd, dat valt dan op bij schilderijen die eeuwig hetzelfde blijven. We bespreken wat levensgebeurtenissen. Je hebt een kindje, wat leuk! We weten de dingen al door de sociale media. Digitale beelden houden ons in leven bij degenen die we niet meer zien. Het zijn geen verstilde beelden, zoals rond 1500, maar beelden die getuigen van de beweging van ons leven. Constante updates. Niet onze vergankelijkheid, maar onze schijnbaar onuitputtelijke levenskracht moet daaruit spreken. Misschien is dat wel het bevrijdende aan de tentoonstelling Vergeet me niet. Doordat de tijd er wordt stilgezet, voel je juist het verstrijken ervan. En meer nog dan bij onze levensechte updates is daarin is de levendigheid van het leven zelf voelbaar.